3.1.1. Koplichten moeten zodanig zijn geconstrueerd dat zij met de geschikte H1-, H2-, H3-, HB3-, HB4-, H7- en/of H4-lampen bij dimlicht een lichtbundel uitstralen die niet verblindend is en toch voldoende verlichtingssterkte geeft en bij groot licht een goede verlichtingssterkte geven.
3.1.1. Die Scheinwerfer müssen so beschaffen sein, daß sie mit H1-, H2-, H3-, HB3-, HB4-, H7- und/oder H4-Glühlampen ein nicht blendendes, genügendes Abblendlicht und ein gutes Fernlicht abgeben.