« Zijn de bewoordingen van artikel 34 van de wet van 1 augustus 1985 [houdende fiscale en andere bepalingen], rekening houdend met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, niet in tegenspraak met die van artikel 31 (dat bepaalt dat een slachtoffer een verzoekschrift kan indienen na zich burgerlijke partij te hebben gesteld, een rechtstreekse dagvaarding te hebben uitgebracht of een procedure te hebben ingeleid bij de burgerlijke rechtbank) aangezien in artikel 34 niet meer wordt verwezen naar de burgerlijke rechtspleging, terwijl de twee artikelen klaarblijkelijk in samenhang moeten worden gelezen ?
« Stehen - in Anbetracht der Artikel 10 und 11 der Verfassung - die Bestimmungen von Artikel 34 des Gesetzes vom 1. August 1985 [zur Festlegung steuerrechtlicher und anderer Bestimmungen] nicht im Widerspruch zu den Bestimmungen von Artikel 31 (der bestimmt, dass ein Opfer einen Antrag stellen kann, entweder nachdem es als Zivilpartei aufgetreten ist oder eine direkte Ladung veranlasst oder ein Verfahren vor dem Zivilgericht eingeleitet hat), indem in Artikel 34 nicht mehr auf das Zivilverfahren hingewiesen wird, während die zwei Artikel offensichtlich in Verbindung miteinander betrachtet werden sollen?