Kan de Commissie bevestigen dat de procedure inzake het wetenschappelijk bewijs bij Genetische Gemodificeerde Organismen (GGO's), waarvoor vergunningen voor markttoegang worden aangevraagd, voldoende streng is om de consument er categorisch en ondubbelzinnig van te overtuigen dat de betreffende producten geen gevaar vormen voor de volksgezondheid noch voor het milieu, overeenkomstig het "voorzorgsbeginsel" van de milieuwetgeving?
Kann die Kommission bestätigen, dass das Verfahren für die wissenschaftliche Prüfung Gentechnisch Veränderter Organismen (GVO), die Gegenstand von Anträgen auf Genehmigung für das Inverkehrbringen sind, streng genug ist, um der Öffentlichkeit die klare und absolute Gewissheit zu geben, dass die betreffenden Kulturen im Einklang mit dem „Vorsorgeprinzip“ des Umweltrechts keine Gefahr für die menschliche Gesundheit oder die Umwelt darstellen?