Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Aangevallen vonnis
Arrest
Beroepen vonnis
Beschikkend gedeelte van een vonnis
Bestreden vonnis
Contradictoir vonnis
Contradictorisch vonnis
Gezag van het gewijsde
Onontvankelijk
Op tegenspraak gewezen vonnis
Rechterlijke uitspraak
Tenuitvoerlegging van een arrest
Tenuitvoerlegging van het vonnis
Uitspraak van het Hof
Vonnis
Vonnis op tegenspraak
Vonnis van herroeping
Werking van het vonnis
Wijze van tenuitvoerlegging

Traduction de «vonnis onontvankelijk » (Néerlandais → Allemand) :

TERMINOLOGIE
voir aussi les traductions en contexte ci-dessous
contradictoir vonnis | contradictorisch vonnis | op tegenspraak gewezen vonnis | vonnis op tegenspraak

im kontradiktorischen Verfahren erlassenes Urteil


tenuitvoerlegging van het vonnis [ gezag van het gewijsde | tenuitvoerlegging van een arrest | werking van het vonnis | wijze van tenuitvoerlegging ]

Urteilsvollstreckung [ Urteilswirkung | Vollstreckungsweg ]


aangevallen vonnis | beroepen vonnis | bestreden vonnis

angefochtener Entscheid


uitspraak doen,2.een vonnis vellen,een vonnis wijzen,een vonnis uitspreken,3.arrest wijzen

ein Urteil fällen | ein Urteil verkünden






vonnis [ arrest | rechterlijke uitspraak | uitspraak van het Hof ]

Urteil [ Gerichtsurteil | richterliche Verfügung | Urteilsspruch ]






TRADUCTIONS EN CONTEXTE
Artikel 136 van de voormelde wet, die luidens artikel 274 van dezelfde wet in werking is getreden op 1 september 2014, heeft het bedrag van de aanleg van de in eerste aanleg gewezen beslissingen gewijzigd zodat, met toepassing van het voormelde artikel 3 van het Gerechtelijk Wetboek, het aan de verwijzende rechter voorgelegde hoger beroep tegen het vonnis onontvankelijk is, aangezien het bedrag van de vordering die het voorwerp uitmaakt van het hoger beroep lager is dan het nieuwe bedrag van de aanleg.

Durch Artikel 136 des vorerwähnten Gesetzes, das gemäß Artikel 274 desselben Gesetzes am 1. September 2014 in Kraft getreten ist, wurde die Mindestberufungssumme für erstinstanzliche Entscheidungen geändert, sodass in Anwendung des vorerwähnten Artikels 3 des Gerichtsgesetzbuches die Berufung gegen das Urteil, das dem vorlegenden Richter unterbreitet wurde, unzulässig ist, da der Betrag der Forderung, die Gegenstand der Berufung ist, geringer ist als die neue Mindestberufungssumme.


« Schendt artikel 162bis, tweede lid, van het Wetboek van strafvordering de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre de burgerlijke partij, die niet het initiatief tot vervolging heeft genomen en die hoger beroep instelt tegen een vonnis waarbij haar vordering onontvankelijk wordt verklaard nadat de beklaagde op de strafvordering werd veroordeeld, niet tot de rechtsplegingsvergoeding kan worden veroordeeld indien zij in hoger beroep in het ongelijk wordt gesteld, aangezien het Grondwettelijk Hof bij het arrest nr. 113/2016 van 22 september 2016 voor recht heeft gezegd da ...[+++]

« Verstößt Artikel 162bis Absatz 2 des Strafprozessgesetzbuches gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern die Zivilpartei, die nicht die Initiative zur Verfolgung ergriffen hat und gegen ein Urteil, mit dem ihre Klage für unzulässig erklärt wurde, nachdem der Angeklagte auf die Strafverfolgung hin verurteilt worden war, Berufung einlegt, nicht zur Zahlung der Verfahrensentschädigung verurteilt werden kann, wenn sie in der Berufungsinstanz unterliegt, wobei der Verfassungsgerichtshof in seinem Entscheid Nr. 113/2016 vom 22. September 2016 für Recht erkannt hat, dass Artikel 162bis Absatz 2 des Strafprozessgesetzbuches gegen di ...[+++]


De in het geding zijnde bepaling, die ten gunste van de beklaagde een rechtsplegingsvergoeding ten laste legt van de burgerlijke partij die een vordering instelt door middel van een rechtstreekse dagvaarding, zonder ze ten laste te leggen van de burgerlijke partij die, zonder daarin te worden voorafgegaan of gevolgd door het openbaar ministerie noch door de beklaagde, hoger beroep instelt tegen een vonnis waarbij haar vordering onontvankelijk wordt verklaard nadat de beklaagde op de strafvordering werd veroordeeld, is niet redelijk verantwoord.

Die fragliche Bestimmung, die zugunsten des Angeklagten eine Verfahrensentschädigung zu Lasten der Zivilpartei, die eine Klage mittels einer direkten Ladung einreicht, vorsieht, ohne sie der Zivilpartei aufzuerlegen, die, ohne dass ihr die Staatsanwaltschaft oder der Angeklagte vorausgegangen oder gefolgt ist, Berufung gegen ein Urteil einlegt, mit dem ihre Klage für unzulässig erklärt wurde, nachdem der Angeklagte auf die Strafverfolgung hin verurteilt worden war, ist nicht vernünftig gerechtfertigt.


In de prejudiciële vraag wordt aan het Hof gevraagd of artikel 162bis, tweede lid, van het Wetboek van strafvordering bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre de burgerlijke partij, die niet het initiatief tot vervolging heeft genomen en die hoger beroep instelt tegen een vonnis waarbij haar vordering onontvankelijk wordt verklaard nadat de beklaagde op de strafvordering werd veroordeeld, niet tot de rechtsplegingsvergoeding kan worden veroordeeld indien zij in hoger beroep in het ongelijk wordt gesteld.

In der Vorabentscheidungsfrage wird der Gerichtshof gefragt, ob Artikel 162bis Absatz 2 des Strafprozessgesetzbuches mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung vereinbar sei, insofern die Zivilpartei, die nicht die Initiative zur Verfolgung ergriffen habe und gegen ein Urteil, mit dem ihre Klage für unzulässig erklärt worden sei, nachdem der Angeklagte auf die Strafverfolgung hin verurteilt worden sei, Berufung einlege, nicht zur Zahlung der Verfahrensentschädigung verurteilt werden könne, wenn sie in der Berufungsinstanz unterliege.


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
De burgerlijke partij die als enige hoger beroep instelt tegen een vonnis waarbij haar vordering onontvankelijk wordt verklaard nadat de beklaagde op de strafvordering werd veroordeeld, neemt het initiatief tot een nieuwe aanleg, ook al heeft zij niet het initiatief genomen tot de in eerste aanleg ingestelde vordering en heeft zij haar initiële vordering bij de strafvordering doen aansluiten.

Die Zivilpartei, die als einzige Berufung gegen ein Urteil einlegt, mit dem ihre Klage für unzulässig erklärt wurde, nachdem der Angeklagte auf die Strafverfolgung hin verurteilt worden war, ergreift die Initiative zu einem neuen Rechtszug, auch wenn sie nicht die Initiative zu der in erster Instanz eingeleiteten Klage ergriffen hat und ihre ursprüngliche Klage der Strafverfolgung angeschlossen hat.


« Schendt artikel 159bis van het WWROSP de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in voorkomend geval in samenhang gelezen met de artikelen 6.1 en 13 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol van 20 maart 1952 bij dat Verdrag, in zoverre het iedere persoon die een regularisatievergunning wenst aan te vragen, daadwerkelijk de mogelijkheid ontzegt die aan te vragen en vervolgens een beroep in te stellen voor de Waalse Regering en vervolgens voor de Raad van State, zodra een proces-verbaal is opgesteld waarin het bestaan van een stedenbouwkundig misdrijf is vastgesteld, in die zin dat het een dergelijke aanvraag onontvankelijk maakt wan ...[+++]

« Verstößt Artikel 159bis des WGBRSE gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit den Artikeln 6 Absatz 1 und 13 der Europäischen Menschrechtskonvention und Artikel 1 des Zusatzprotokolls vom 20. März 1952 zu dieser Konvention, indem er jeder Person, die eine Regularisierungsgenehmigung beantragen möchte, tatsächlich die Möglichkeit entzieht, diese zu beantragen und anschließend Beschwerde bei der Wallonischen Regierung und danach beim Staatsrat einzulegen, sobald ein Protokoll zur Feststellung des Vorhandenseins eines städtebaulichen Verstoßes erstellt worden ist, in dem Sinne, dass er einen solchen Antrag in Ermangelung eines Vergleichsvorschlags unzulässig macht, solange keine formell rechtsk ...[+++]


« Schendt artikel 159bis van het WWROSP de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in voorkomend geval in samenhang gelezen met de artikelen 6.1 en 13 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol van 20 maart 1952 bij dat Verdrag, in zoverre het iedere persoon die een regularisatievergunning wenst aan te vragen, daadwerkelijk de mogelijkheid ontzegt die aan te vragen en vervolgens een beroep in te stellen voor de Waalse Regering en vervolgens voor de Raad van State, zodra een proces-verbaal is opgesteld waarin het bestaan van een stedenbouwkundig misdrijf is vastgesteld, in die zin dat het een dergelijke aanvraag onontvankelijk maakt wan ...[+++]

« Verstößt Artikel 159bis des WGBRSE gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit den Artikeln 6 Absatz 1 und 13 der Europäischen Menschrechtskonvention und Artikel 1 des Zusatzprotokolls vom 20. März 1952 zu dieser Konvention, indem er jeder Person, die eine Regularisierungsgenehmigung beantragen möchte, tatsächlich die Möglichkeit entzieht, diese zu beantragen und anschließend Beschwerde bei der Wallonischen Regierung und danach beim Staatsrat einzulegen, sobald ein Protokoll zur Feststellung des Vorhandenseins eines städtebaulichen Verstoßes erstellt worden ist, in dem Sinne, dass er einen solchen Antrag in Ermangelung eines Vergleichsvorschlags unzulässig macht, solange keine formell rechtsk ...[+++]


Uit de motieven van de verwijzingsbeslissing blijkt dat de verwijzende rechter artikel 8, § 3, van de wet van 27 februari 1987 en artikel 12, § 2, van het koninklijk besluit van 23 mei 2001 zo interpreteert dat de datum van de « nieuwe aanvraag » de datum is van indiening van het beroep dat door de arbeidsrechtbank als zijnde te laat ingediend wordt verklaard, en niet de datum van de uitspraak van het vonnis van die rechtbank waarbij dat beroep onontvankelijk wordt verklaard.

Aus der Begründung der Verweisungsentscheidung geht hervor, dass der vorlegende Richter Artikel 8 § 3 des Gesetzes vom 27. Februar 1987 und Artikel 12 § 2 des königlichen Erlasses vom 23. Mai 2001 so auslegt, dass als das Datum des « neuen Antrags » das Datum des Einreichens der vom Arbeitsgericht als verspätet erklärten Beschwerde gilt und nicht das Datum der Verkündung des Urteils dieses Gerichts, mit dem diese Beschwerde für unzulässig erklärt wird.




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'vonnis onontvankelijk' ->

Date index: 2024-12-21
w