Uit de bewoordingen van de prejudiciële vraag blijkt dat het verschil in behandeling dat aan het oordeel van het Hof wordt onderworpen, in de verhoudingen tussen huurder en verhuurder - die vergelijkbaar zijn als partijen bij eenzelfde contract -, betrekking heeft op het strikte formalisme dat erin bestaat de huurder, en niet de verhuurder, uitdrukkelijke vormvoorschriften op te leggen, op straffe van verval van het recht op hernieuwing of op straffe van nietigheid van de aanvraag tot hernieuwing.
Aus dem Wortlaut der Vorabentscheidungsfrage geht hervor, dass sich der dem Gerichtshof zur Beurteilung vorgelegte Behandlungsunterschied in den Beziehungen zwischen Mieter und Vermieter - die als Parteien beim selben Vertrag vergleichbar sind - auf den strikten Formalismus bezieht, der darin besteht, dass dem Mieter im Gegensatz zum Vermieter ausdrückliche Formvorschriften auferlegt werden, bei deren Nichtbeachtung er das Recht auf Erneuerung verliert oder sein Erneuerungsantrag ungültig wird.