Volgens het tweede onderdeel van het tweede middel zou afbreuk worden gedaan aan het recht op eerbiediging van de menselijke waardigheid en aan het recht op eerbiediging van het privé- en gezinsleven gewaarborgd bi
j artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, doordat de regeling inza
ke het leven in een open centrum « een schending vormt van het recht van de individuele persoon om vrij en volgen
s zijn persoonlijke voorkeur sociale contacten t ...[+++]e leggen » en hem verplicht « verwijderd te leven van eventuele familieleden die op het Belgische grondgebied leven, alsook van leden van zijn gemeenschap en, in voorkomend geval, van personen die zijn taal spreken of zijn godsdienst belijden ».Gemäss dem zweiten Teil des zweiten Klagegrundes würden das Recht auf Achtung vor der menschlichen Würde und das Recht auf Achtung vor dem Privat- und Familienleben, die durch Artikel 8 der Europäischen Menschenrechtskonvention gewährleistet seien, verletzt, da die Regelung des Lebens in einem offenen Zentrum « das Recht des Einzelnen verletzt, frei und nach seinen persönlichen Affi
nitäten soziale Kontakte zu knüpfen » und zwinge sie ihn, « entfernt von etwaigen Familienmitgliedern, die auf belgischem Gebiet leben, von Mitgliedern seiner Gemeinschaft, gegebenenfalls von Personen, die seine Sprache sprechen oder seine Religion praktiziere
...[+++]n », zu leben.