Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Aanbod
Bezettingsgraad prognosticeren
Bezettingsgraad voorspellen
Effectieve vraag
Geaggregeerde vraag
Kamervraag
Mondelinge vraag
Onderwerp
Parlementaire vraag
Totale vraag
Vraag
Vraag en aanbod
Vraag met verzoek om mondeling antwoord
Vraag naar producten inschatten
Vraag naar producten voorspellen
Vraag prognosticeren
Vraag voorspellen
Zich specialiseren in een historisch gebied
Zich specialiseren in een historisch onderwerp

Vertaling van "vraag en onderwerp " (Nederlands → Duits) :

TERMINOLOGIE
effectieve vraag | geaggregeerde vraag | totale vraag

Gesamtnachfrage


parlementaire vraag [ kamervraag ]

parlamentarische Anfrage [ große Anfrage | kleine Anfrage ]


vraag naar producten inschatten | vraag naar producten voorspellen

Prognose für Produktnachfrage erstellen


vraag prognosticeren | vraag voorspellen | bezettingsgraad prognosticeren | bezettingsgraad voorspellen

Belegung schätzen | Belegungsanspruch voraussehen | Belegungsnachfrage prognostizieren | Belegungsnachfrage voraussehen


vraag en aanbod [ aanbod | vraag ]

Angebot und Nachfrage [ Angebot | Nachfrage ]




vraag met verzoek om mondeling antwoord | vraag met verzoek om mondeling antwoord gevolgd door een debat

Anfrage zur mündlichen Beantwortung | Anfrage zur mündlichen Beantwortung mit Aussprache


deugdelijke en onderling vergelijkbare aanbiedingen,gedaan overeenkomstig de vraag | regelmatige en onderling vergelijkbare offertes overeenkomstig de vraag

formgerechte,vorschriftsmäßige und vergleichbare Angebote




zich specialiseren in een historisch gebied | zich specialiseren in een historisch onderwerp

sich auf ein Gebiet der Geschichte spezialisieren
IN-CONTEXT TRANSLATIONS
Moerman, E. Derycke en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 22 april 2015 in zake N.C., F.C. en A.O. tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 22 mei 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Henegouwen, afdeling Bergen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 203, eerste lid, van het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierecht ...[+++]

Moerman, E. Derycke und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Präsidenten J. Spreutels, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 22. April 2015 in Sachen N.C., F.C. und A.O. gegen den belgischen Staat, dessen Ausfertigung am 22. Mai 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat Gericht erster Instanz Hennegau, Abteilung Mons, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 203 Absatz 1 des Registrierungs-, Hypotheken- und Kanzleigebührengesetzbuches in der in der Wallonischen Region anwendba ...[+++]


Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 26 februari 2015 in zake R.S. en M.S., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 5 juni 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Gent, de volgende prejud ...[+++]

Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Präsidenten E. De Groot, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Urteil vom 26. Februar 2015 in Sachen R.S. und M.S., dessen Ausfertigung am 5. Juni 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat das Gericht erster Instanz Ostflandern, Abteilung Gent, folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 347-1 des Zivilgesetzbuches gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern er zur Folge hat, dass ...[+++]


Moerman, E. Derycke en F. Daoût, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij arrest van 2 maart 2015 in zake Cécile Jenart en Marouan El Arbaoui tegen de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Dour, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 13 maart 2015, heeft het Hof van Beroep te Bergen de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 1022 van het Gerechtelijk Wetboek, zoals het is opg ...[+++]

Moerman, E. Derycke und F. Daoût, unter Assistenz des Kanzlers F. Meersschaut, unter dem Vorsitz des Präsidenten J. Spreutels, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Entscheid vom 2. März 2015 in Sachen Cécile Jenart und Marouan El Arbaoui gegen den Standesbeamten der Gemeinde Dour, dessen Ausfertigung am 13. März 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat der Appellationshof Mons folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 1022 des Gerichtsgesetzbuches in der in Erwartung des Inkrafttretens des Gesetzes vom 21. Februar 2010 gelten ...[+++]


Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij arrest van 11 juni 2015 in zake het Vlaamse Gewest tegen Tony Sneijers, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 22 juni 2015, heeft het Hof van Beroep te Antwerpen de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Maakt artikel 51 van de wet van 16 september 1807 betreffende de droogleggin ...[+++]

Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet und R. Leysen, unter Assistenz des Kanzlers P.-Y. Dutilleux, unter dem Vorsitz des Präsidenten E. De Groot, erlässt nach Beratung folgenden Entscheid: I. Gegenstand der Vorabentscheidungsfrage und Verfahren In seinem Entscheid vom 11. Juni 2015 in Sachen der Flämischen Region gegen Tony Sneijers, dessen Ausfertigung am 22. Juni 2015 in der Kanzlei des Gerichtshofes eingegangen ist, hat der Appellationshof Antwerpen folgende Vorabentscheidungsfrage gestellt: « Verstößt Artikel 51 des Gesetzes vom 16. September 1807 über die Sumpftrockenlegung - der bestimmt: ' Häuser und Gebäude, von denen ein Teil aus Gründen eines gesetzlich anerkannten Nutzens der Allgemeinheit abge ...[+++]


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
Tijdens de mondelinge proef moet de kandidaat, naargelang het geval : 1° a) antwoorden op een vraag in het domein van zijn kunde zo het een kandidaat-officier geneesheer, apotheker, tandarts, dierenarts of kapelmeester betreft; b) antwoorden op een vraag die betrekking heeft op de militaire kennis die de kandidaat tijdens zijn vorming heeft opgedaan, zo het een kandidaat-officier niet in a) hiervoor bedoeld betreft; 2° a) een theorieles of een uiteenzetting geven in verband met zijn kunde zo het een kandidaat-officier geneesheer, apotheker, tandarts, dierenarts of kapelmeester betreft; b) een theorieles geven over een ...[+++]

Bei dem mündlichen Teil müssen die Kandidaten je nach Fall: 1. a) eine Frage über ihre Kunst beantworten, wenn es sich um Offizier-Arzt-, Offizier-Apotheker-, Offizier-Zahnarzt-, Offizier-Tierarzt- oder Offizier-Kapellmeister-Anwärter handelt, b) eine Frage über die Militärkenntnisse beantworten, die die Kandidaten während ihrer Ausbildung erworben haben, wenn es sich um Offizier-Anwärter handelt, die nicht unter Buchstabe a) erwähnt sind, 2. a) eine theoretische Unterrichtsstunde erteilen oder einen Vortrag halten über ein Thema in Bezug auf ihre Kunst, wenn es sich um Offizier-Arzt-, Offizier-Apotheker-, Offizier-Zahnarzt-, Offizier-Ti ...[+++]


De Ministerraad doet gelden dat de prejudiciële vraag onontvankelijk is bij gebrek aan voorwerp aangezien zij, hoewel zij artikel 30 van de voormelde wet van 31 januari 2009 beoogt, in werkelijkheid betrekking heeft op artikel 30bis van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, dat voor de RSZ in een mechanisme van stortingen en inhoudingen voorziet dat het werkelijke onderwerp blijkt te zijn van de vraag die de verwijzende rechter stelt.

Der Ministerrat führt an, die Vorabentscheidungsfrage sei unzulässig, weil sie gegenstandslos sei, da sie, obwohl darin Artikel 30 des vorerwähnten Gesetzes vom 31. Januar 2009 erwähnt sei, sich in Wirklichkeit auf Artikel 30bis des Gesetzes vom 27. Juni 1969 zur Revision des Erlassgesetzes vom 28. Dezember 1944 über die soziale Sicherheit der Arbeitnehmer beziehe, der zugunsten des LASS einen Mechanismus von Zahlungen und Einbehaltungen vorsehe, wobei sich herausstelle, dass er den eigentlichen Gegenstand der Fragen des vorlegenden Richters darstelle.


- wanneer de verzoeker tot tussenkomst louter doet gelden dat zijn zaak, die een identiek onderwerp heeft als die welke is voorgelegd aan de verwijzende rechter, niet kan worden beslecht vooraleer het Hof heeft geantwoord op de prejudiciële vraag, zodat hij niet op dienstige wijze kan verzoeken een vraag te stellen aan het Hof teneinde zich te kunnen voegen bij de voor het Hof hangende procedure (arrest nr. 73/2006, B.2.3);

- wenn der Interventionskläger nur geltend macht, dass seine Rechtssache, die den gleichen Gegenstand habe wie diejenige, die dem vorlegenden Richter unterbreitet worden sei, nicht geregelt werden könne, bevor der Hof die präjudizielle Frage beantwortet habe, so dass er nicht sachdienlich beantragen könne, dass dem Hof eine Frage gestellt werde, damit er sich dem vor dem Hof anhängigen Verfahren anschliessen könne (Urteil Nr. 73/2006, B.2.3);


- wanneer de verzoeker tot tussenkomst louter doet gelden dat zijn zaak, die een identiek onderwerp heeft als die welke is voorgelegd aan de verwijzende rechter, niet kan worden beslecht vooraleer het Hof heeft geantwoord op de prejudiciële vraag, zodat hij niet op dienstige wijze kan verzoeken een vraag te stellen aan het Hof teneinde zich te kunnen voegen bij de voor het Hof hangende procedure (arrest nr. 73/2006, B.2.3);

- wenn der Interventionskläger nur geltend macht, dass seine Rechtssache, die den gleichen Gegenstand habe wie diejenige, die dem vorlegenden Richter unterbreitet worden sei, nicht geregelt werden könne, bevor der Hof die präjudizielle Frage beantwortet habe, so dass er nicht sachdienlich beantragen könne, dass dem Hof eine Frage gestellt werde, damit er sich dem vor dem Hof anhängigen Verfahren anschliessen könne (Urteil Nr. 73/2006, B.2.3);


Overeenkomstig artikel 287 van het Verdrag zijn de leden van het comité gehouden de gegevens waarvan zij via de werkzaamheden van het comité, van het bureau of van de werkgroepen kennis hebben gekregen, niet te verbreiden indien de Commissie hun mededeelt dat het gevraagde advies of de gestelde vraag betrekking heeft op een vertrouwelijk onderwerp.

Gemäß Artikel 287 des Vertrags dürfen die Mitglieder des Ausschusses Informationen, von denen sie durch die Tätigkeit des Ausschusses, des Vorstands oder der Arbeitsgruppen Kenntnis erhalten, nicht weitergeben, wenn die Kommission ihnen mitteilt, dass die erbetene Stellungnahme oder die gestellte Frage vertraulichen Charakter hat.


Uit de formulering van de prejudiciële vraag en het onderwerp van het geschil dat aan de feitenrechter is voorgelegd, blijkt dat het Hof een vraag wordt gesteld over de bestaanbaarheid met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van de artikelen 4 van de wet van 20 februari 1939 op de bescherming van de titel en van het beroep van architect en 1792 van het Burgerlijk Wetboek, doordat zij de natuurlijke persoon die de titel van architect voert, niet in staat stellen om, wanneer hij zijn activiteit als architect uitoefent ter uitvoering van een architectuurovereenkomst afgesloten door een vennootschap en voor haar rekening, zich te beroepen ...[+++]

Die Formulierung der präjudiziellen Frage und der Gegenstand des dem Tatrichter vorgelegten Streitfalls lassen deutlich werden, dass der Hof darüber befragt wird, ob Artikel 4 des Gesetzes vom 20. Februar 1939 über den Schutz des Architektentitels und -berufs und Artikel 1792 des Zivilgesetzbuches gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung verstossen, indem sie der natürlichen Person, die den Architektentitel trägt, nicht zubilligen, sich in dem Fall, wo sie ihre Architektentätigkeit im Rahmen eines durch eine Gesellschaft abgeschlossenen Architekturvertrags und für deren Rechnung ausübt, auf die beschränkte Haftung zu berufen, die durch ...[+++]




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'vraag en onderwerp' ->

Date index: 2021-11-18
w