1 . De in artikel 12 , lid 3 , bedoelde waarborg wordt onverwijld vrijgegeven nadat de koper de in Verordening ( EEG ) nr . 1687/76 bedoelde bewijsstukken heeft overgelegd en het bewijs heeft geleverd dat de uitvoer heeft plaatsgevonden met gebruikmaking van het overeenkomstig artikel 16 , lid 2 , afgegeven certificaat .
(1) Die in Artikel 12 Absatz 3 genannte Kaution wird unverzueglich freigegeben, sobald der Käufer die in der Verordnung (EWG) Nr. 1687/76 vorgesehenen Nachweise sowie den Nachweis erbracht hat, daß bei der Ausfuhr die gemäß Artikel 16 Absatz 2 ausgestellte Bescheinigung verwendet worden ist.