11. is van mening dat het proces van wederzijdse beoordeling een waardevolle oefening is gebleken in de zin dat de Commissie en de lidstaten een beter inzicht hebben gekregen in de resterende belemmeringen en de situatie in elke lidstaat; merkt op dat het proces de lidstaten in staat heeft gesteld feedback te krijgen over hun beleidskeuzen, dat de bevordering van beste regelgevingspraktijken erdoor werd vereenvoudigd en dat de transparantie van de uitvoeringsresultaten groter is geworden;
11. ist der Auffassung, dass sich das Verfahren der gegenseitigen Evaluierung als sinnvolle Initiative erwiesen und der Kommission und den Mitgliedstaaten ermöglicht hat, ein besseres Verständnis für die noch bestehenden Hindernisse und die Lage in den einzelnen Mitgliedstaaten zu erlangen; stellt fest, dass die Mitgliedstaaten durch das Verfahren Rückmeldungen zu ihren politischen Entscheidungen erhalten konnten und dass es die Förderung bewährter Verfahren erleichtert und die Transparenz bei den erzielten Ergebnissen erhöht hat;
