D
e verzoeker leidt een eerste middel af uit de schending van de artikelen 10, 11 en 24 van de Grondwet, doordat de artikelen 82, 89 (gedeeltelijk), 115 en 120 van het bestreden decreet de gelijkheid schenden tussen de personeelsleden van het gemeenschapsonderwijs en die va
n het gesubsidieerd vrij onderwijs, doordat de kamer van beroep opgericht bij de artikelen 89 tot 95 van het decreet slechts een adviesbevoegdheid zal
hebben, terwijl die waarin was voorzien bij de ...[+++] wet van 29 mei 1959 over een beslissingsbevoegdheid beschikte.
Der Kläger leitet einen ersten Klagegrund aus dem Verstoss gegen die Artikel 10, 11 und 24 der Verfassung ab, insofern die Artikel 82, 89 (teilweise), 115 und 120 des angefochtenen Dekrets die Gleichheit zwischen Personalmitgliedern des Gemeinschaftsunterrichtswesens und demjenigen des freien subventionierten Unterrichtswesens verletzten, insofern die durch die Artikel 89 bis 95 des Dekrets eingesetzte Einspruchskammer nur eine beratende Befugnis haben werde, wogegen diejenige, die im Gesetz vom 29. Mai 1959 vorgesehen gewesen sei, eine Entscheidungsbefugnis besessen habe.