Bij vlees in delen wordt, zoveel mogelijk in de nabijheid van de beenderen of pezen, een weinig vet bevattend monster van ten minste 5 g genomen uit het dwarsgestreepte spierweefsel.
Bei Fleischteilen ist eine mindestens 5 g schwere, fettarme Probe aus quer gestreiftem Muskelfleisch, möglichst in der Nähe von Knochen oder Sehnen, zu entnehmen.