- (PT) Mijnheer de Voorzitter, ik moet u bekennen dat ik het moeilijk vind om bij dit debat het woord te nemen. Daarom zou ik mijn betoog willen beginnen met de opmerking dat wij allen ontvankelijk dienen te zijn voor de woorden van mevrouw Lulling.
– (PT) Herr Präsident! Ich bekenne, dass es mir schwer gefallen ist, in dieser Debatte zu sprechen, und ich möchte auch gleich damit beginnen, dass wir alle die Worte der Abgeordneten Astrid Lulling bedenken sollten.