- Zijn dezelfde artikelen bestaanbaar met de artikelen 10, 11, 22 en 23 van de Grondwet en met de vrijheid van handel en nijverheid, in zoverre zij geen beoordelingsmarge verlenen aan de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen om te oordelen of de in artikel 10, eerste lid, 3°, van de wet van 27 maart 1995 bedoelde veroordeling een verband vertoont met de activiteit van verzekerings- of herverzekeringstussenpersoon ?
- Sind dieselben Artikel vereinbar mit den Artikeln 10, 11, 22 und 23 der Verfassung und mit der Handels- und Gewerbefreiheit, indem sie der Kommission für das Bank-, Finanz- und Versicherungswesen keinen Ermessensspielraum lassen bei der Entscheidung darüber, ob die in Artikel 10 Absatz 1 Nr. 3 des Gesetzes vom 27. März 1995 erwähnte Verurteilung einen Zusammenhang mit der Tätigkeit eines Versicherungs- und Rückversicherungsvermittlers aufweist?