Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Door pand gewaarborgde inschuld
Door pand gewaarborgde vordering
Gewaarborgde bonus
Gewaarborgde inschuld
Gewaarborgde som
Gewaarborgde uitgifte mogelijkheid
Gewaarborgde vordering
Gewaarborgde winstdeling
Interest zoals in handelszaken verschuldigd
Relatie zoals geldt voor ouders
Routinematig
Zoals gewoonlijk
Zoals het behoort

Traduction de «zoals gewaarborgd » (Néerlandais → Allemand) :

TERMINOLOGIE
voir aussi les traductions en contexte ci-dessous
gewaarborgde inschuld | gewaarborgde vordering

gesicherte Forderung | sichergestellte Forderung


gewaarborgde bonus | gewaarborgde winstdeling

garantierter Bonus


door pand gewaarborgde inschuld | door pand gewaarborgde vordering

durch Pfandgesicherte


routinematig | zoals gewoonlijk

routinemässig | routinemäßig


relatie zoals geldt voor ouders

Eltern-Kind-Verhältnis




interest zoals in handelszaken verschuldigd

handelsüblicher Zins


door hypothecaire schuldvorderingen gewaarborgde obligatie

Hypothekenpfandbrief




Gewaarborgde uitgifte mogelijkheid

Garantierte Emissionsfazilität
TRADUCTIONS EN CONTEXTE
Snel breedbandinternet — zowel mobiel als vast — is voor slim ontwikkelde dorpen en steden absoluut noodzakelijk om economische en sociale ontwikkeling mogelijk te maken, en moet volledig toegankelijk zijn, zoals gewaarborgd in het kader van de rural proofing (plattelandstoets) waarop in de Verklaring van Cork 2.0 (2016) wordt gewezen.

Schnelle Breitbanddienste — mobile ebenso wie stationäre — sind von entscheidender Bedeutung für intelligent entwickelte Dörfer und Städte, um ihnen überhaupt eine Perspektive für die wirtschaftliche und soziale Entwicklung zu geben. Sie müssen uneingeschränkt zugänglich sein, was im Zuge einer Prüfung der Auswirkungen auf den ländlichen Raum („Rural Proofing“), wie in der Cork-2.0-Erklärung von 2016 genannt, sicherzustellen ist.


De prejudiciële vraag dient aldus zo te worden begrepen dat het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid van de in het geding zijnde bepalingen met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met het recht op toegang tot de rechter, zoals gewaarborgd door artikel 13 van de Grondwet en artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, en met het recht om te huwen gewaarborgd bij artikel 12 van hetzelfde Verdrag.

Die Vorabentscheidungsfrage ist daher in dem Sinne auszulegen, dass der Gerichtshof zur Vereinbarkeit der fraglichen Bestimmungen mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit dem durch Artikel 13 der Verfassung und durch Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention gewährleisteten Recht auf gerichtliches Gehör und mit dem durch Artikel 12 derselben Konvention gewährleisteten Recht auf Eheschließung befragt wird.


De prejudiciële vraag dient aldus zo te worden begrepen dat het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid van de in het geding zijnde bepalingen met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met het recht op toegang tot de rechter, zoals gewaarborgd door artikel 13 van de Grondwet en artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, en met het recht om te huwen gewaarborgd bij artikel 12 van hetzelfde Verdrag.

Die Vorabentscheidungsfrage ist daher in dem Sinne auszulegen, dass der Gerichtshof zur Vereinbarkeit der fraglichen Bestimmungen mit den Artikeln 10 und 11 der Verfassung in Verbindung mit dem durch Artikel 13 der Verfassung und durch Artikel 6 der Europäischen Menschenrechtskonvention gewährleisteten Recht auf gerichtliches Gehör und mit dem durch Artikel 12 derselben Konvention gewährleisteten Recht auf Eheschließung befragt wird.


In het tweede onderdeel van het tweede middel, het vierde middel en het eerste onderdeel van het vijfde middel voeren de verzoekende partijen onder meer aan dat de artikelen 44/5, § 6, 44/9, 44/10 en 44/11/2 van de wet op het politieambt, zoals ingevoegd bij de artikelen 12, 18, 19 en 23 van de bestreden wet, niet bestaanbaar zijn met het recht op eerbiediging van het privéleven, zoals gewaarborgd bij de in B.7 vermelde grondwets- en verdragsbepalingen, doordat de gegevens te lang kunnen worden bewaard en niet worden gewist indien er geen redenen meer zijn om ze te bewaren.

Im zweiten Teil des zweiten Klagegrunds, im vierten Klagegrund und im ersten Teil des fünften Klagegrunds führen die klagenden Parteien unter anderem an, dass die Artikel 44/5 § 6, 44/9, 44/10 und 44/11/2 des Gesetzes über das Polizeiamt, eingefügt durch die Artikel 12, 18, 19 und 23 des angefochtenen Gesetzes, nicht vereinbar seien mit dem Recht auf Achtung des Privatlebens, so wie es durch die in B.7 zitierten Verfassungs- und Vertragsbestimmungen gewährleistet werde, da die Daten zu lange aufbewahrt werden könnten und nicht gelöscht würden, wenn es keine Gründe mehr gebe, sie aufzubewahren.


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
In het tweede onderdeel van het vijfde middel voeren de verzoekende partijen aan dat artikel 44/11/13, §§ 1 en 2, van de wet op het politieambt, zoals ingevoegd bij artikel 36 van de bestreden wet, niet bestaanbaar is met het recht op eerbiediging van het privéleven, zoals gewaarborgd bij de in B.7 vermelde referentienormen, doordat de in de bestreden bepaling geregelde mededeling van gegevens aan buitenlandse diensten en organisaties onvoldoende wordt omringd met waarborgen ter voorkoming van misbruiken.

Im zweiten Teil des fünften Klagegrunds führen die klagenden Parteien an, dass Artikel 44/11/13 §§ 1 und 2 des Gesetzes über das Polizeiamt, eingefügt durch Artikel 36 des angefochtenen Gesetzes, nicht vereinbar sei mit dem Recht auf Achtung des Privatlebens, so wie es durch die in B.7 zitierten Referenznormen gewährleistet werde, da die in der angefochtenen Bestimmung geregelte Mitteilung von Daten an ausländische Dienste und Organisationen nicht ausreichend mit Garantien zur Vermeidung von Missbräuchen versehen sei.


In het eerste en het tweede onderdeel van het eerste middel voeren de verzoekende partijen, onder meer, aan dat artikel 44/5 van de wet op het politieambt, zoals ingevoegd bij artikel 12 van de bestreden wet, niet bestaanbaar is met het recht op eerbiediging van het privéleven, zoals gewaarborgd bij de in B.7 vermelde bepalingen, doordat, ten eerste, niet duidelijk zou zijn welke gegevens kunnen worden verwerkt in de politionele databanken, ten tweede, niet duidelijk zou zijn van welke kwaliteit die gegevens moeten zijn, en, ten derde, onwettig verkregen gegevens in die databanken zouden kunnen worden verwerkt. a) De aard van de gegevens ...[+++]

Im ersten und im zweiten Teil des ersten Klagegrunds führen die klagenden Parteien unter anderem an, dass Artikel 44/5 des Gesetzes über das Polizeiamt, eingefügt durch Artikel 12 des angefochtenen Gesetzes, nicht mit dem Recht auf Achtung des Privatlebens, so wie es durch die in B.7 angeführten Bestimmungen gewährleistet wird, vereinbar sei, indem erstens nicht deutlich sei, welche Daten in den polizeilichen Datenbanken verarbeitet werden könnten, zweitens nicht deutlich sei, welche Beschaffenheit diese Daten aufweisen müssten, und drittens auf ungesetzliche Weise erlangte Daten in diesen Datenbanken verarbeitet werden könnten. a) Die A ...[+++]


In het tweede onderdeel van het derde middel voeren de verzoekende partijen aan dat de artikelen 44/3, § 2, 44/11/5, § 2, 44/11/9, §§ 1 en 2, 44/11/10, 44/11/11 en 44/11/12 van de wet op het politieambt, zoals ingevoegd bij de artikelen 9, 28, 32, 33, 34 en 35 van de bestreden wet, niet bestaanbaar zijn met het recht op eerbiediging van het privéleven, zoals gewaarborgd bij de in B.7 vermelde referentienormen, doordat de wetgever met betrekking tot de erin bepaalde aangelegenheden de uitvoerende macht te verregaande bevoegdheden heeft toegewezen.

Im zweiten Teil des dritten Klagegrunds führen die klagenden Parteien an, dass die Artikel 44/3 § 2, 44/11/5 § 2, 44/11/9 §§ 1 und 2, 44/11/10, 44/11/11 und 44/11/12 des Gesetzes über das Polizeiamt, eingefügt durch die Artikel 9, 28, 32, 33, 34 und 35 des angefochtenen Gesetzes, nicht vereinbar seien mit dem Recht auf Achtung des Privatlebens, so wie es durch die in B.7 angeführten Referenznormen gewährleistet werde, indem der Gesetzgeber bezüglich der darin festgelegten Angelegenheiten der ausführenden Gewalt zu weitgehende Befugnisse erteilt habe.


In het eerste onderdeel van het tweede middel voeren de verzoekende partijen, onder meer, aan dat artikel 44/3 van de wet op het politieambt en de artikelen 36ter en 36ter/1 van de Privacywet, zoals ingevoegd bij de artikelen 9, 41 en 42 van de bestreden wet, niet bestaanbaar zijn met het recht op eerbiediging van het privéleven, zoals gewaarborgd door de in B.7 vermelde referentienormen, doordat noch het Controleorgaan op de politionele informatie, noch de consulent voor de veiligheid en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer een onafhankelijke controle op de naleving van de bepalingen van de bestreden wet waarborgen.

Im ersten Teil des zweiten Klagegrunds führen die klagenden Parteien unter anderem an, dass Artikel 44/3 des Gesetzes über das Polizeiamt und die Artikel 36ter und 36ter/1 des Gesetzes über den Schutz des Privatlebens, eingefügt durch die Artikel 9, 41 und 42 des angefochtenen Gesetzes, nicht vereinbar seien mit dem Recht auf Achtung des Privatlebens, so wie es durch die in B.7 angeführten Referenznormen gewährleistet werde, da weder das Organ für die Kontrolle der polizeilichen Informationen, noch der Berater für Sicherheit und Schutz des Privatlebens eine unabhängige Kontrolle über die Einhaltung der Bestimmungen des angefochtenen Gese ...[+++]


Dit mag geen afbreuk doen aan de toepassing van het recht op het vermoeden van onschuld zoals gewaarborgd bij het Handvest en het EVRM, zoals uitgelegd in de rechtspraak van het Hof van Justitie en het Europees Hof voor de Rechten van de Mens.

Dies sollte nicht der Anwendung des Rechts auf die Unschuldsvermutung, wie es in der Charta und in der EMRK gewährleistet ist, in der Auslegung durch die Rechtsprechung des Gerichtshofs bzw. des Europäischen Gerichtshofs für Menschenrechte entgegenstehen.


In het algemeen herinnert de Commissie eraan dat de richtlijn moet worden uitgelegd en toegepast in overeenstemming met de grondrechten[5], met name het recht op eerbiediging van het privé-leven en van het familie- en gezinsleven, het non-discriminatiebeginsel, de rechten van het kind en het recht op een doeltreffende voorziening in rechte, zoals gewaarborgd door het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens (EVRM) en zoals vastgelegd in het Handvest van de grondrechten van de EU.

Die Kommission schickt als allgemeine Bemerkung voraus, dass die Richtlinie im Einklang mit den Grundrechten auszulegen und anzuwenden ist[5]. Dies gilt insbesondere für das Recht auf Achtung des Privat- und Familienlebens, das Diskriminierungsverbot, die Rechte des Kindes und das Recht auf einen wirksamen Rechtsbehelf, wie sie durch die Europäische Menschenrechtskonvention (EMRK) garantiert werden und in der Charta der Grundrechte der Europäischen Union niedergelegt sind.


w