Traduction de «zoals minimumeisen inzake » (Néerlandais → Allemand) :

TERMINOLOGIE

verplichte minimumeisen inzake diplomering van kapiteins
verbindliche Mindestanforderungen für die Erteilung von Befähigungszeugnissen an Kapitäne

verplichte minimumeisen inzake diplomering van hoofdwerktuigkundigen
verbindliche Mindestanforderungen für die Erteilung von Befähigungszeugnissen an Leiter von Maschinenanlagen

verplichte minimumeisen inzake diplomering van eerste stuurman
verbindliche Mindestanforderungen für die Erteilung von Befähigungszeugnissen an Erste Offiziere

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Het energieprestatiecertificaat bevat naast de energieprestatie van een gebouw ook referentiewaarden, zoals minimumeisen inzake energieprestatie, zodat de eigenaars of huurders van het gebouw of van een gebouwunit de energieprestatie ervan kunnen vergelijken en beoordelen.
Der Ausweis über die Gesamtenergieeffizienz muss die Gesamtenergieeffizienz von Gebäuden und Referenzwerte wie Mindestanforderungen an die Gesamtenergieeffizienz enthalten, um den Eigentümern oder Mietern von Gebäuden oder Gebäudeteilen einen Vergleich und eine Beurteilung ihrer Gesamtenergieeffizienz zu ermöglichen.

Indien een lidstaat voorschrijft dat de verplichting om jaarlijks 3 % van de totale vloeroppervlakte te renoveren ook geldt voor de vloeroppervlakte van gebouwen die eigendom zijn van en gebruikt worden door bestuursinstellingen op een lager niveau dan de centrale overheid, dan wordt die 3 % berekend over de totale vloeroppervlakte van de gebouwen met een totale bruikbare vloeroppervlakte van meer dan 500 m, dan wel, met ingang van 9 juli 2015, van meer dan 250 m, die eigendom zijn van en gebruikt worden door de centrale overheid en deze bestuursinstellingen van de betrokken lidstaat en die op 1 januari van ieder jaar niet voldoen aan de nationale minimumeisen inzake energieprestaties, zoals vastgelegd op grond van artikel 4 van Richtlijn 2010/31/EU.
Verlangt ein Mitgliedstaat, dass die Pflicht, jedes Jahr 3 % der Gesamtfläche zu renovieren, auch für Flächen von solchen Gebäuden gilt, die sich im Eigentum von Verwaltungseinheiten auf einer Ebene unterhalb der Zentralregierung befinden und von ihnen genutzt werden, so wird die 3%-Quote berechnet nach der Gesamtfläche von Gebäuden, die sich in dem betreffenden Mitgliedstaat im Eigentum der Zentralregierung und dieser nachgeordneten Verwaltungseinheiten befinden und von ihr bzw. ihnen genutzt werden, wenn deren Gesamtnutzfläche mehr als 500 m bzw. ab dem 9. Juli 2015 mehr als 250 m beträgt, und die am 1. Januar eines jeden Jahres die gemäß Artikel 4 der Richtlinie 2010/31/EU festgelegten nationalen Mindestanforderungen an die Gesamtenergieeffizienz nicht erfüllen.

Deze 3 % wordt berekend over de totale vloeroppervlakte van de gebouwen met een totale bruikbare vloeroppervlakte van meer dan 500 m die eigendom zijn van en gebruikt worden door de centrale overheid van de betrokken lidstaat en die op 1 januari van ieder jaar niet voldoen aan de nationale minimumeisen inzake energieprestaties, zoals vastgelegd op grond van artikel 4 van Richtlijn 2010/31/EU.
Die 3%-Quote wird berechnet nach der Gesamtfläche von Gebäuden, die sich in dem betreffenden Mitgliedstaat im Eigentum der Zentralregierung befinden und von ihr genutzt werden, wenn deren Gesamtnutzfläche mehr als 500 m beträgt, und die am 1. Januar eines jeden Jahres die gemäß Artikel 4 der Richtlinie 2010/31/EU festgelegten nationalen Mindestanforderungen an die Gesamtenergieeffizienz nicht erfüllen.

In het geval van een lidstaat die voorschrijft dat de verplichting om elke jaar 3 % van de totale vloeroppervlakte te renoveren ook geldt voor de vloeroppervlakte van de gebouwen die eigendom zijn van en gebruikt worden door de bestuursinstellingen op een lager niveau dan de centrale overheid, wordt die 3 % berekend over de totale vloeroppervlakte van de gebouwen met een totale nuttige vloeroppervlakte van meer dan 500 m2 , dan wel, na 9 juli 2015, van meer dan 250 m, die in het bezit zijn van en gebruikt worden door de centrale overheid en die bestuursinstellingen van de betrokken lidstaat en die op 1 januari van ieder jaar niet voldoen aan de nationale minimumeisen inzake energieprestaties, zoals vastgelegd op grond van artikel 4 van Richtlijn 2010/31/EU.
Verlangt ein Mitgliedstaat, dass die Pflicht, jedes Jahr 3 % der Gesamtnutzfläche zu renovieren, auch für Gesamtnutzflächen gilt, die sich im Eigentum von Verwaltungseinheiten auf einer Ebene unterhalb der Zentralregierung befinden und von ihnen genutzt werden, so wird die 3 %-Quote berechnet nach der Gesamtnutzfläche von Gebäuden, die sich in dem betreffenden Mitgliedstaat im Eigentum der Zentralregierung und dieser nachgeordneten Verwaltungseinheiten befinden und von ihr bzw. ihnen genutzt werden, wenn deren Gesamtnutzfläche mehr als 500 m bzw. ab dem 9. Juli 2015 mehr als 250 m beträgt, und die am 1. Januar eines jeden Jahres die gemäß Artikel 4 der Richtlinie 2010/31/EU festgelegten nationalen Mindestanforderungen an die Gesamtenergieeffizienz nicht erfüllen.

Deze 3% wordt berekend op de totale vloeroppervlakte van de gebouwen met een totale werkbare vloeroppervlakte van meer dan 250 m², die in het bezit zijn van de overheidsinstanties van de betrokken lidstaat en die op 1 januari van ieder jaar niet voldoen aan de nationale minimumeisen inzake energieprestaties, zoals vastgelegd op grond van artikel 4 van Richtlijn 2010/31/EU
Die 3 %-Quote wird berechnet nach der Gesamtfläche von Gebäuden mit einer Gesamtnutzfläche von mehr als 250 m2, die Eigentum öffentlicher Einrichtungen des betroffenen Mitgliedstaats sind, der am 1. Januar eines jeden Jahres die gemäß Artikel 4 der Richtlinie 2010/31/EU festgelegten nationalen Mindestanforderungen an die Gesamtenergieeffizienz nicht erfüllt.

Deze 3 % wordt berekend over de totale vloeroppervlakte van de gebouwen met een totale nuttige vloeroppervlakte van meer dan 500 m , dan wel, na 9 juli 2015, van meer dan 250 m, die in het bezit zijn van en gebruikt worden door de centrale overheid van de betrokken lidstaat en die op 1 januari van ieder jaar niet voldoen aan de nationale minimumeisen inzake energieprestaties, zoals vastgelegd op grond van artikel 4 van Richtlijn 2010/31/EU.
Die 3 %-Quote wird berechnet nach der Gesamtnutzfläche von Gebäuden, die sich in dem betreffenden Mitgliedstaat im Eigentum der Zentralregierung befinden und von ihr genutzt werden, wenn deren Gesamtnutzfläche mehr als 500 m bzw. ab dem 9. Juli 2015 mehr als 250 m beträgt, und die am 1. Januar eines jeden Jahres die gemäß Artikel 4 der Richtlinie 2010/31/EU festgelegten nationalen Mindestanforderungen an die Gesamtenergieeffizienz nicht erfüllen.

2. Als uit het resultaat van de vergelijking zoals bedoeld in artikel 4 van deze verordening blijkt dat de vigerende minimumeisen inzake energieprestatie aanmerkelijk minder energie-efficiënt zijn dan de kostenoptimale niveaus van minimumeisen inzake energieprestatie, wordt in het verslag een verantwoording voor het verschil vermeld.
(2) Falls das Ergebnis des Vergleichs nach Artikel 4 dieser Verordnung zeigt, dass die geltenden Mindestanforderungen an die Gesamtenergieeffizienz erheblich weniger energieeffizient sind als kostenoptimale Niveaus von Mindestanforderungen an die Gesamtenergieeffizienz, so muss der Bericht — soweit möglich — eine Begründung für diese Diskrepanz enthalten.

Het energieprestatiecertificaat bevat de energieprestaties van een gebouw en referentiewaarden, zoals minimumeisen inzake energieprestaties, waarmee de eigenaars of huurders van het gebouw of delen daarvan de energieprestaties kunnen beoordelen en deze gemakkelijk kunnen vergelijken met andere, al dan niet voor bewoning bestemde gebouwen.
Der Energieeffizienzausweis muss die Energieeffizienz von Gebäuden und Referenzwerte wie Mindestanforderungen an die Energieeffizienz enthalten, um den Eigentümern und Mietern von Gebäuden und Gebäudeteilen zu ermöglichen, ihre Energieeffizienz zu beurteilen und diese leicht mit der anderer Wohn- und Nichtwohngebäude zu vergleichen .

2. De lidstaten berekenen de kostenoptimale niveaus van de minimumeisen inzake energieprestatie aan de hand van het in lid 1 bedoelde vergelijkend methodologisch kader en de relevante parameters, zoals de klimatologische omstandigheden en de praktische toegankelijkheid van energie-infrastructuur, en vergelijken de resultaten van deze berekening met de geldende minimumeisen inzake energieprestatie.
(2) Die Mitgliedstaaten berechnen kostenoptimale Niveaus von Mindestanforderungen an die Gesamtenergieeffizienz unter Verwendung des gemäß Absatz 1 festgelegten Rahmens für eine Vergleichsmethode und einschlägiger Parameter, beispielsweise klimatische Gegebenheiten und tatsächliche Zugänglichkeit der Energieinfrastrukturen, und vergleichen die Ergebnisse dieser Berechnung mit den geltenden Mindestanforderungen an die Gesamtenergieeffizienz.

2. De lidstaten berekenen de kostenoptimale niveaus van de minimumeisen inzake energieprestaties aan de hand van de in lid 1 bedoelde vergelijkende methodologie en de relevante parameters, zoals de klimatologische omstandigheden, en vergelijken de resultaten van deze berekening met de door hen vastgestelde minimumeisen inzake energieprestaties.
2. Die Mitgliedstaaten berechnen kostenoptimale Mindestanforderungen an die Gesamtenergieeffizienz von Gebäuden unter Verwendung der gemäß Absatz 1 festgelegten Vergleichsmethode und einschlägiger Parameter, beispielsweise klimatische Gegebenheiten, und vergleichen die Ergebnisse mit den von ihnen festgelegten Mindestanforderungen an die Gesamtenergieeffizienz.