Overeenkomstig deel B, punt 7, van bijlage I bij Richtlijn 2004/39/EG mogen beleggingsondernemingen gebruikmaken van de vrijheid om in een andere lidstaat dan hun lidstaat van herkomst nevendiensten te verlenen door het verrichten van beleggingsdiensten en -activiteiten alsmede nevendiensten van het type vermeld in deel A of B van deze bijlage die verband houden met de onderliggende waarde van de derivaten, zoals bedoeld in deel C, punten 5, 6, 7 en 10 van deze bijlage, voorzover deze in verband staan met de verlening van beleggings- of nevendiensten.
Gemäß Anhang I Abschnitt B Ziffer 7 der Richtlinie 2004/39/EG steht es den Wertpapierfirmen frei, Nebendienstleistungen in einem anderen Mitgliedstaat als ihrem Herkunftsmitgliedstaat zu erbringen, indem sie Wertpapierdienstleistungen und Anlagetätigkeiten sowie Nebendienstleistungen des in Anhang I Abschnitt A oder B der Richtlinie genannten Typs betreffend den Basiswert der in Abschnitt C Ziffern 5, 6, 7 und 10 dieses Anhangs enthaltenen Derivate erbringen, wenn diese mit der Bereitstellung der Wertpapier- oder der Nebendienstleistung in Zusammenhang stehen.