3.8. De Raad erkent het belang van aanvullend en niet-gemotoriseerd vervoer, dat voor personen met een laag inkomen, en voor kwetsbare en benadeelde groepen een belangrijke vorm van mobiliteit is.
3.8. Der Rat erkennt die Bedeutung des leicht oder nicht motorisierten Verkehrs an, der für einkommensschwache, bedürftige und benachteiligte Gruppen eine wichtige Art der Beförderung darstellt.