Voor de in het eerste lid van artikel 354 WIB 92 bedoelde gevallen, beschikt de administratie zelfs over een termijn van drie jaar vanaf 1 januari van het aanslagjaar, om een aanslag of een aanvullende aanslag te vestigen, onverminderd het recht van de administratie om in geval van fraude de aanslag te vestigen gedurende 5 jaar (art. 354, 2e lid, WIB 92).
Pour les cas visés au premier alinéa de l'article 354, CIR 92, l'administration dispose même d'un délai de trois ans à partir du 1 janvier de l'exercice d'imposition pour établir une cotisation ou une cotisation supplémentaire, sans préjudice de l'application du délai d'imposition de cinq ans en cas de fraude (art. 354, alinéa 2, CIR 92).