Ten gronde bekritiseerde de auteur de thesis volgens welke aan de curator een absoluut eenzijdig verbrekingsrecht wordt toegekend en dringt zich een restrictieve interpretatie op, met name gelet op het beginsel van artikel 1134 van het Burgerlijk Wetboek dat overeenkomsten slechts kunnen worden beëindigd met wederzijdse overeenstemming, « of op de gronden door de wet erkend ».
Sur le fond, l'auteur critiquait la thèse tendant à conférer au curateur un droit absolu de résiliation unilatérale, au regard notamment de l'interprétation restrictive qu'il convient de donner à la règle inscrite à l'article 1134 du Code civil selon lequel les conventions ne peuvent être révoquées que du consentement mutuel des parties, « ou pour les causes que la loi autorise ».