21. benadrukt dat, teneinde de geloofwaardigheid van het Actieplan van Bali te handhaven, de ontwikkelde landen op korte termijn belangrijke verbintenissen moeten aangaan om klimaatpartnerschappen te sluiten met grote opkomende economieën als China en India ter bevordering van nauwe samenwerking op het gebied van de hervorming van het energiebeleid, capaciteitsopbouw, steun voor investeringen in energie-efficiëntie en technologie met lage koolstofuitstoot;
21. souligne que pour préserver la crédibilité du plan d'action de Bali, les pays développés doivent d'urgence prendre des engagements forts et conclure des partenariats pour le climat avec de grandes économies émergentes telles que la Chine et l'Inde de manière à promouvoir une coopération étroite sur une réforme de la politique énergétique, sur la création de capacités, sur le soutien aux investissements dans l'efficacité énergique et sur la technologie à faible émission de carbone;