Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Absolute bevoegdheid
Arrest
Arrest HvJ EG
Arrest van het Hof
Arrest van het Hof
Arrest van het Hof EG
Arrest van het Hof van Justitie
Arrest van het Hof van Justitie
Arrest van het Hof van Justitie EG
Betrekkelijke bevoegdheid
Bevoegdheid
Bevoegdheid van de EU
Bevoegdheid van de Europese Unie
Bevoegdheid van de Gemeenschap
Communautaire bevoegdheid
EG-bevoegdheid
Exclusieve bevoegdheid
Het arrest van het Hof van Justitie
Jurisdictiebevoegdheid
Materiële bevoegdheid
Rechterlijke bevoegdheid
Relatieve bevoegdheid
Territoriale bevoegdheid
Tribunale bevoegdheid
Volstrekte bevoegdheid

Traduction de «bevoegdheid arrest » (Néerlandais → Français) :

TERMINOLOGIE
voir aussi les traductions en contexte ci-dessous
jurisdictiebevoegdheid [ exclusieve bevoegdheid | rechterlijke bevoegdheid | tribunale bevoegdheid ]

compétence juridictionnelle [ compétence des tribunaux | compétence exclusive | compétence judiciaire ]


bevoegdheid van de EU [ bevoegdheid van de Europese Unie | bevoegdheid van de Gemeenschap | communautaire bevoegdheid | EG-bevoegdheid ]

compétence de l'UE [ compétence CE | compétence communautaire | compétence de l'Union européenne | compétence de la Communauté ]


arrest van het Hof (EU) [ arrest HvJ EG | arrest van het Hof EG | arrest van het Hof van Justitie (EU) | arrest van het Hof van Justitie EG ]

arrêt de la Cour (UE) [ arrêt CJCE | arrêt de la Cour (CE) | arrêt de la Cour de justice (CE) | arrêt de la Cour de justice (UE) ]


arrest | arrest van het Hof | arrest van het Hof van Justitie | het arrest van het Hof van Justitie

arrêt | arrêt de la Cour de justice de l'Union européenne


betrekkelijke bevoegdheid | relatieve bevoegdheid | territoriale bevoegdheid

compétence ographique | compétence ratione loci | compétence territoriale


absolute bevoegdheid | materiële bevoegdheid | volstrekte bevoegdheid

compétence d'attribution | compétence matérielle | compétence ratione materiae








TRADUCTIONS EN CONTEXTE
EUROPA - EU law and publications - EUR-Lex - EUR-Lex - 62015CA0249 - EN - Zaak C-249/15: Arrest van het Hof (Negende kamer) van 18 januari 2018 (verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Østre Landsret — Denemarken) — Wind 1014 GmbH, Kurt Daell / Skatteministeriet (Prejudiciële verwijzing — Artikel 56 VWEU — Vrij verrichten van diensten — Beperkingen — Motorvoertuig dat door een ingezetene van een lidstaat wordt geleased bij een in een andere lidstaat gevestigde leasemaatschappij — Berekening van de registratiebelasting naar rato van de duur van het gebruik van het voertuig — Vereiste van een aan de ingebruikname voorafga ...[+++]

EUROPA - EU law and publications - EUR-Lex - EUR-Lex - 62015CA0249 - EN - Affaire C-249/15: Arrêt de la Cour (neuvième chambre) du 18 janvier 2018 (demande de décision préjudicielle du Østre Landsret — Danemark) — Wind 1014 GmbH, Kurt Daell / Skatteministeriet (Renvoi préjudiciel — Article 56 TFUE — Libre prestation des services — Restrictions — Véhicule automobile pris en crédit-bail par un résident d’un État membre auprès d’une société de crédit-bail établie dans un autre État membre — Taxe d’immatriculation calculée au prorata de la durée d’utilisation du véhicule — Nécessité d’un accord des autorités fiscales nationales préalablement ...[+++]


Zaak C-249/15: Arrest van het Hof (Negende kamer) van 18 januari 2018 (verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Østre Landsret — Denemarken) — Wind 1014 GmbH, Kurt Daell / Skatteministeriet (Prejudiciële verwijzing — Artikel 56 VWEU — Vrij verrichten van diensten — Beperkingen — Motorvoertuig dat door een ingezetene van een lidstaat wordt geleased bij een in een andere lidstaat gevestigde leasemaatschappij — Berekening van de registratiebelasting naar rato van de duur van het gebruik van het voertuig — Vereiste van een aan de ingebruikname voorafgaande goedkeuring vanwege de nationale belastingautoriteiten — Rechtvaardig ...[+++]

Affaire C-249/15: Arrêt de la Cour (neuvième chambre) du 18 janvier 2018 (demande de décision préjudicielle du Østre Landsret — Danemark) — Wind 1014 GmbH, Kurt Daell / Skatteministeriet (Renvoi préjudiciel — Article 56 TFUE — Libre prestation des services — Restrictions — Véhicule automobile pris en crédit-bail par un résident d’un État membre auprès d’une société de crédit-bail établie dans un autre État membre — Taxe d’immatriculation calculée au prorata de la durée d’utilisation du véhicule — Nécessité d’un accord des autorités fiscales nationales préalablement à la mise en circulation — Justification — Prévention du contournement de ...[+++]


b) een bespreking, aan de hand van een arrest, van de in dat arrest aan de orde gekomen problemen, betreffende de bevoegdheid van de Raad van State, de ontvankelijkheid evenals de gegrondheid van de ingeroepen middelen (30 punten);

b) un commentaire établi au départ d'un arrêt et relatif aux problèmes soulevés par celui-ci, quant à la compétence du Conseil d'Etat, aux conditions de recevabilité ainsi qu'au bien-fondé des moyens invoqués (30 points);


- benadrukt dat de Raad van State in zijn arrest nr 237.528 van 1 maart 2017 naar aanleiding van de volledige vernietiging van de wijziging van het vierde lid van voorschrift 18 zoals ingevoerd door artikel 10-1 van het besluit van 2 mei 2013 vermeldt dat ook al was deze wijziging niet voorzien in het besluit van de Regering van 20 januari 2011 ze daarentegen wel vermeld staat in het besluit van 29 mei 2012 waarmee het ontwerp van gedeeltelijke wijziging van het GBP werd goedgekeurd en dat aan een openbaar onderzoek is onderworpen; dat uit deze considerans mag worden afgeleid dat de Raad van State in het arrest niet heeft geoordeeld dat ...[+++]

- souligne que dans son arrêt n° 237.528, du 1 mars 2017, le Conseil d'Etat, tout en annulant globalement la modification de l'alinéa 4 de la prescription 18 telle qu'introduite par l'article 10-1 de l'arrêté du 2 mai 2013, précise que si cette modification n'était pas prévue dans l'arrêté du Gouvernement du 20 janvier 2011, « elle était en revanche mentionnée dans l'arrêté du 29 mai 2012 adoptant le projet de modification partielle du PRAS, qui a été soumis à l'enquête publique »; qu'on peut déduire de ce considérant que le Conseil d'Etat n'a pas estimé, dans cet arrêt, qu'il existerait une violation des formalités substantielles ou un ...[+++]


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
Bij de rechterlijke toetsing van het besluit van een jury van een vergelijkend onderzoek om een kandidaat niet op de reservelijst te plaatsen, toetst het Gerecht de inachtneming van de toepasselijke rechtsregels, dat wil zeggen met name de in het Statuut en de aankondiging van vergelijkend onderzoek vastgestelde procedureregels en die welke gelden voor de werkzaamheden van de jury, in het bijzonder de verplichting tot onpartijdigheid van de jury en de eerbiediging door de jury van de gelijke behandeling van de kandidaten, alsook of er geen sprake is van misbruik van bevoegdheid (arrest Gerecht van ...[+++]

Il convient de rappeler que, dans le cadre du contrôle juridictionnel de la décision par laquelle un jury de concours refuse d’inscrire un candidat sur la liste de réserve, le Tribunal vérifie le respect des règles de droit applicables, c’est-à-dire les règles, notamment de procédure, définies par le statut et l’avis de concours, et celles qui régissent les travaux du jury, en particulier le devoir d’impartialité du jury et le respect par ce dernier de l’égalité de traitement des candidats, ainsi que l’absence de détournement de pouvoir (arrêt du Tribunal du 13 décembre 2012, Mileva/Commission, F‑101/11, point 40, et la jurisprudence cit ...[+++]


Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters E. De Groot en J. Spreutels, en de rechters L. Lavrysen, A. Alen, T. MerckxVan Goey, F. Daoût en T. Giet, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging Bij arrest van 8 juni 2015 in zake de bvba « WP-Services » tegen Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 11 juni 2015, heeft het Arbeidshof te Gent de volgende prejudiciële vragen gesteld : « 1. Schendt het artikel 2, § 1, 1°, laatste z ...[+++]

La Cour constitutionnelle, composée des présidents E. De Groot et J. Spreutels, et des juges L. Lavrysen, A. Alen, T. Merckx-Van Goey, F. Daoût et T. Giet, assistée du greffier F. Meersschaut, présidée par le président E. De Groot, après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet des questions préjudicielles et procédure Par arrêt du 8 juin 2015 en cause de la SPRL « WP-Services » contre l'Office national de sécurité sociale, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 11 juin 2015, la Cour du travail de Gand a posé les questions préjudicielles suivantes : « L'article 2, § 1, 1°, dernier membre de phrase, de la loi du ...[+++]


Moerman, E. Derycke en R. Leysen, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 10 maart 2015 in zake Hussain Azhar tegen de nv « Brouwerij De Koninck », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 31 maart 2015, heeft de Arrondissementsrechtbank te Antwerpen de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 577 van het Gerechtelijk Wetboek, zoals gewijzigd door artikel 5 van de Wet van 26 maart 2014 tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek en de Wet van ...[+++]

Moerman, E. Derycke et R. Leysen, assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président E. De Groot, après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procédure Par jugement du 10 mars 2015 en cause de Hussain Azhar contre la SA « Brouwerij De Koninck », dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 31 mars 2015, le Tribunal d'arrondissement d'Anvers a posé la question préjudicielle suivante : « L'article 577 du Code judiciaire, tel qu'il a été modifié par l'article 5 de la loi du 26 mars 2014 modifiant le Code judiciaire et la loi du 2 août 2002 concernant la lutte contre le ret ...[+++]


Ondertussen heeft het Hof van Cassatie op 30 september 2015 in de kort geding procedure een arrest geveld, waarin zij stelt dat de middelen in cassatie niet gegrond zijn, zodat men terugvalt op het arrest van het Hof van Beroep te Brussel van 21 februari 2014, waar het Hof verklaard heeft dat het niet tot haar bevoegdheid behoort om over een dergelijke vordering van SIMIM en PLAYRIGHT te oordelen.

Entre-temps, la Cour de Cassation a rendu un arrêt le 30 septembre 2015 dans la procédure en référé, dans lequel elle juge que les moyens en cassation ne sont pas fondés, de sorte que l'on retombe sur l'arrêt de la Cour d'Appel de Bruxelles du 21 février 2014, dans lequel la Cour a déclaré qu'il ne relève pas de sa compétence de se prononcer sur une telle action de SIMIM et PLAYRIGHT.


Het Grondwettelijk Hof heeft, op basis van de hoger vermelde bevoegdheid van de federale overheid inzake het inkomensbeleid, reeds in een arrest van 2 maart 1995 het volgende gesteld : (.) « B.7.

La Cour constitutionnelle a décidé, sur base de la compétence relative à la politique des revenus mentionnée ci-dessus, dans un arrêt du 2 mars 1995 ce qui suit : (.) « B.7.


In dit arrest merkt de Raad van State onder meer het volgende op: "Door zich in het bestreden arrest bij het standpunt van de bevoegde staatssecretaris aan te sluiten en eveneens naar diens discretionaire bevoegdheid te verwijzen om zich alsnog op de criteria van de vernietigde instructie van 19 juli 2009 te steunen, heeft de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen toegelaten dat bindende voorwaarden aan artikel 9bis van de Vreemdelingenwet worden toegevoegd en heeft hij die bepaling dus geschonden".

Dans cet arrêt, le Conseil d'État fait notamment remarquer : "En se ralliant au point de vue du secrétaire d'État compétent dans l'arrêt attaqué et en faisant en même temps référence à son pouvoir discrétionnaire pour continuer à se fonder sur les critères de l'instruction annulée du 19 juillet 2009, le Conseil du contentieux des étrangers a accepté que des conditions contraignantes soient ajoutées à l'article 9bis de la loi sur les étrangers, enfreignant ainsi cette disposition".


w