16. benadrukt dat er geen rechtstreeks verband bestaat tussen de resultaten van het regionaal beleid en de macro-economische resultaten van een lidstaat, en dat de regio's niet mogen worden gestraft voor de gebrekkige naleving door de nationale instanties van de procedures op het gebied van economisch bestuur; is van mening dat het opleggen van bijkomende sancties de problemen van lidstaten die reeds macro-economische problemen ondervinden kunnen verergeren, en dat voorwaarden op macro-economisch gebied daarom onaanvaardbaar zijn.
16. souligne
qu'il n'y a pas de lien direct entre les performances de la politique régionale
et les performances macroéconomiques d'un État membre et que les régions ne devraient pas pâtir du fait que les procédures de gouvernance économique n'aient pas été respectées au niveau national; est d'avis que le fait d'imposer des pénalités supplémentaires pou
rrait exacerber les problèmes des États membres déjà confrontés à des difficult
...[+++]és macroéconomiques et que, dès lors, les conditions macroéconomiques ne sont pas acceptables.