De wetgever heeft sedert de inwerkingtreding van het Burgerlijk Wetboek voor een aantal personen een onweerlegbaar vermoeden (juris et de jure) van captatie geponeerd, waardoor die persoon onbekwaam geacht worden te verkrijgen bij schenking onder de levenden of bij testament.
Depuis l'entrée en vigueur du Code civil, le législateur a posé une présomption irréfragable (juris et de jure) de captation dans le chef de certaines personnes qui sont donc réputées inaptes à recevoir par donation entre vifs ou testamentaire.