- In afwijking op het bepaalde in de bijlage 6, III, 2.5, dienen de houders van een rijbewijs, dat werd afgegeven vóór 1 oktober 1998 en dat geldig is gemaakt voor de categorieën van groep 2, bepaald in bijlage 6, I, 1.3° een gezichtsscherpte te hebben van minstens 8/10, met beide ogen open, eventueel met de optische correctie die de houder moet dragen; de gezichtsscherpte gemeten met elk oog afzonderlijk en zonder optische correctie moet minstens 1/20 bedragen».
- Par dérogation aux dispositions de l'annexe 6, III, 2.5, les titulaires d'un permis de conduire délivré avant le 1 octobre 1998 et validé pour les catégories du groupe 2, défini à l'annexe 6, I, 1.3° doivent atteindre une acuité visuelle d'au moins 8/10 avec les deux yeux ouverts, éventuellement avec la correction optique que le titulaire doit porter; l'acuité visuelle mesurée à chaque oeil séparément et sans correction optique doit atteindre un minimum de 1/20».