Art. 6. De verantwoordelijke voor de begeleiding overhandigt aan de jongere die verbonden is door een begeleidingsovereenkomst, na het verstrijken van iedere kalendermaand een « aanwezigheidsbewijs », waarvan het model wordt vastgesteld door de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening, inzonderheid vermeldend de aard van de studie, vorming of activiteit en de dagen van ongewettigde afwezigheid.
Art. 6. Le responsable de l'accompagnement délivre au jeune lié par une convention d'accompagnement, après chaque mois calendrier une « attestation de présence », dont le modèle est fixé par l'Office national de l'Emploi, mentionnant notamment la nature des études, de la formation ou des activités et les journées d'absence injustifiée.