Om een dubbele aftrek van vorderingen op de werkgever te vermijden wordt verduidelijkt dat de niet gewaarborgde vorderingen of die waarvan de waarborg niet door de CBFA wordt aanvaard, moeten worden afgetrokken van het vermogen tenzij ze worden aangewend voor de dekking van de in het eerste en tweede streepje bedoelde technische voorzieningen, zoals bijvoorbeeld de vordering bedoeld in artikel 20, § 1 van het koninklijk besluit van 14 mei 1985.
Afin d'éviter une double déduction de créances sur l'employeur, il est précisé que les créances non garanties ou celles dont la garantie n'est pas acceptée par la CBFA, doivent être déduites du patrimoine à moins qu'elles n'aient été affectées à la couverture des provisions techniques visées aux premier et deuxième tirets, comme par exemple la créance visée à l'article 20, § 1 de l'arrêté royal du 14 mai 1985.