Artikel 15, paragraaf 1, lid 1, van bovenvermelde wet van 10 april 1971, zoals gewijzigd bij artikel 4 van de wet van 29 april 1996 houdende sociale bepalingen (Belgisch Staatsblad van 30 april 1996, 2e editie) verduidelijkt dat de vader en de moeder van het slachtoffer dat, op het ogenblik van het overlijden, geen echtgenoot, geen rechthebbende kinderen achterlaat, elk een lijfrente ontvangen van 20 % van het basisloon.
L'article 15, paragraphe 1er, alinéa 1er, de la loi précitée du 10 avril 1971 tel qu'il a été modifié par l'article 4 de la loi du 29 avril 1996 portant des dispositions sociales (Moniteur belge du 30 avril 1996, 2e édition) précise que le père et la mère de la victime qui, au moment du décès, ne laisse ni conjoint, ni enfants bénéficiaires, reçoivent chacun une rente viagère égale à 20 % de la rémunération de base.