1. In afwijking van de bepalingen van artikelen 25, paragraaf 1, en 28, paragraaf 2, worden de rechten op invaliditeitsprestaties van de werknemers die werkzaam zijn geweest in ondergrondse mijnen en steengroeven in België en in Kroatië, vastgesteld volgens de in artikel 26 bepaalde regelen, wanneer, rekening houdend met de te dien einde samengetelde tijdvakken, deze werknemers voldoen aan de eisen voorzien bij de bijzondere Belgische wetgeving betreffende de invaliditeit van de mijnwerkers en ermede gelijkgestelden.
1. Par dérogation aux dispositions des articles 25, paragraphe 1 et 28, paragraphe 2, les droits aux prestations d'invalidité des travailleurs qui ont été occupés dans les mines ou carrières avec exploitation souterraine en Belgique et en Croatie sont déterminés suivant les règles définies à l'article 26, lorsque, compte tenu des périodes totalisées à cette fin, ces travailleurs remplissent les conditions prévues par la législation spéciale belge sur l'invalidité des ouvriers mineurs et assimilés.