Teneinde verstoringen op internationale financiële markten te voorkomen en te vermijden dat instellingen nadeel ondervinden doordat hun hogere eigenvermogensvereisten worden opgelegd tijdens de vergunningverlening aan en de erkenning van een bestaande centrale tegenpartij (hierna „CTP” genoemd) als een gekwalificeerde centrale tegenpartij (hierna „gCTP” genoemd), voorziet artikel 497, leden 1 en 2, van Verordening EU nr. 575/2013 in een overgangsperiode tijdens welke alle CTP's waarmee in de Unie gevestigde instellingen transacties clearen als gCTP's zullen worden beschouwd.
Afin d'éviter toute perturbation des marchés financiers internationaux et de ne pas pénaliser les établissements en les soumettant à des exigences de fonds propres plus élevées au cours des processus d'agrément et de reconnaissance d'une contrepartie centrale existante («CCP») en tant que contrepartie centrale éligible («QCCP»), l'article 497, paragraphes 1 et 2, du règlement (UE) no 575/2013 prévoit une période de transition au cours de laquelle toutes les CCP avec lesquelles les établissements sis dans l'Union compensent les transactions sont considérées comme des QCCP.