8. Voor gasflessen die voorheen in overeenstemming waren met Richtlijnen 84/525/EEG, 84/526/EEG of 84/527/EEG en geen pi-markering dragen, wordt, bij de eerste periodieke keuring die overeenkomstig deze richtlijn wordt uitgevoerd, het identificatienummer van de verantwoordelijke aangemelde instantie voorafgegaan door de pi-markering.
8. En ce qui concerne les bouteilles à gaz auparavant conformes aux directives 84/525/CEE, 84/526/CEE ou 84/527/CEE qui ne portent pas le marquage Pi, lorsque le premier contrôle périodique est effectué conformément à la présente directive, le numéro d’identification de l’organisme notifié responsable est précédé du marquage Pi.