Op voorstel van de verantwoordelijke van ten minste rang 12 van de dienst die door de Regering toegelaten wordt om telewerk te verrichten, draagt het College van de Ambtenaren-generaal of, bij gebreke hiervan, de Directieraad, na advies van de Interne dienst voor preventie en bescherming op het werk wat de gelijkvormigheid van de lokalen betreft, de betrokken personeelsleden op telewerk te verrichten en bepaalt de nadere regels voor de organisatie ervan.
Sur proposition du responsable de rang 12 au moins du service autorisé par le Gouvernement à recourir au télétravail, le Collège des fonctionnaires généraux ou, à défaut, le Conseil de direction charge, après avis du Service Interne de Prévention et de Protection au Travail quant à la conformité des locaux, les membres du personnel concernés de recourir au télétravail et définit les modalités d'organisation de celui-ci.