Art. 19. In artikel 10 van het koninklijk besluit van 20 juni 1975 betreffende de voldoend geachte bekwaamheidsbewijzen in het kleuter- en lager onderwijs, wordt een § 3 bis ingevoegd, luidend als volgt : « § 3 bis.- Voor de toepassing van dit besluit is er geen vereiste inzake bezit van het getuigschrift grondige kennis van de te onderrichten taal voor de houders van een GGKOT, een GGKNT, of van een overeenstemmend GGKDT».
Art. 19. A l'article 10 de l'arrêté royal du 20 juin 1975 relatif aux titres jugés suffisants dans l'enseignement gardien et primaire, est inséré un § 3bis, rédigé comme suit : « § 3 bis. - Pour l'application du présent arrêté, l'exigence de détention du certificat de connaissance approfondie de la langue à enseigner n'est pas requise pour les titulaires d'un CCALI, d'un CCALN ou d'un CCALA correspondant».