15. wijst er ten slotte op dat nationale en internationale rechtbanken consequent oordelen dat bezorgdheid om de publieke moraal geen gegronde reden vormt om mensen op verschillende wijze te behandelen, ook op het vlak van de vrijheid van meningsuiting; wijst erop dat verreweg de meeste landen in Europa dergelijke wetten niet kennen, en toch een bloeiende, gevarieerde en respectvolle samenleving hebben;
15. souligne enfin que les tribunaux nationaux et internationaux affirment avec constance que les considérations de morale publique ne justifient aucun traitement différencié, notamment par rapport à la liberté d'expression; rappelle que la grande majorité des pays européens n'ont pas de telles lois et qu'ils ont des sociétés prospères, diverses et respectueuses;