Het verslag concludeert dat de overeenkomst een bescheiden positieve kosten-batenverhouding van 2,2 voor de EU heeft gehad (met jaarlijkse kosten voor de EU van 6,6 miljoen euro, vergeleken met jaarlijkse geschatte baten van 14,5 miljoen euro).
Le rapport aboutit à la conclusion que l'accord s'est soldé par un résultat modérément avantageux pour l'Union européenne, avec un rapport coûts-avantages de 2,2 (les coûts annuels supportés par celle-ci s'élevant à 6,6 millions d'euros pour des gains annuels évalués à 14,5 millions d'euros).