In het verzoek wordt aangetoond dat na de instelling van maatregelen voor het betrokken product een aanzienlijke verandering in de structuur van het handelsverkeer heeft plaatsgevonden wat betreft de uitvoer uit de Volksrepubliek China, Maleisië en Zwitserland naar de Unie en dat hiervoor afgezien van de instelling van het antidumpingrecht onvoldoende reden of rechtvaardiging bestaat.
La demande montre que d’importants changements dans la configuration des échanges (exportations de la République populaire de Chine, de la Malaisie et de la Suisse vers l’Union) ont été opérés après l’institution des mesures sur le produit concerné, pour lesquels il n’existe ni motivation ni justification suffisante autre que l’institution du droit.