De verzoekende partijen zijn van mening dat de bestreden bepalingen de kerkfabrieken en de OCMW's op identieke wijze behandelen, zonder rekening te houden met de specifieke kenmerken van de eerstgenoemde (eerste onderdeel), en de kerkfabrieken discrimineren door ze te onderwerpen aan minder gunstige regels dan de OCMW's, zoals de termijnen of een regeling van automatisch verval (tweede onderdeel).
Les parties requérantes estiment que les dispositions attaquées traitent de manière identique les fabriques d'église et les CPAS, sans tenir compte des spécificités des premières (première branche), et discriminent les fabriques d'église en les soumettant à des règles plus défavorables que les CPAS, telles que les délais ou un régime de déchéance automatique (seconde branche).