In het voorontwerp van wet van de commissie Strafprocesrecht (versie 1994) wordt in artikel 61bis van het Wetboek van strafvordering trouwens een uitdrukkelijk voorbehoud gemaakt : « Onverminderd de bepalingen van de wet van 20 juli 1990 betreffende de voorlopige hechtenis, kan iedereen tegen wie ernstige aanwijzingen van schuld bestaan en die niet om deze reden van zijn vrijheid is beroofd, evenals de burgerlijke partij, verzoeken het dossier in te zien».
Dans l'avant-projet de loi de la commission pour le droit de la procédure pénale (version 1994), à l'article 61bis du Code d'instruction criminelle, l'on émet explicitement une réserve : sans préjudice des dispositions de la loi du 20 juillet 1990 relative à la détention préventive, toute personne contre laquelle existent des indices sérieux de culpabilité et qui n'est pas détenue pour cette cause, ainsi que la partie civile, peuvent demander de consulter le dossier.