55. verzoekt de Commissie de mogelijkheid te overwegen om in de associatie- en handelsovereenkomsten met derde landen specifieke clausules op te nemen voor samenwerking bij de bestrijding van de georganiseerde misdaad, corruptie en witwaspraktijken; wijst op het gebrek aan internationale samenwerking, in het bijzonder met derde landen en vooral met aangrenzende transit- of oorsprongslanden; erkent de noodzaak van een krachtig diplomatiek optreden om voornoemde landen ertoe aan te sporen samenwerkingsovereenkomsten aan te gaan of zich te conformeren aan de gesloten akkoorden;
55. invite la Commission à envisager, dans les accords d'association et les accords commerciaux avec des pays tiers, des clauses spécifiques de coopération en matière de lutte contre la criminalité organisée, la corruption et le blanchiment d'argent; constate l'absence de coopération internationale, en particulier avec les pays tiers et plus spécialement les pays d'origine ou de transit voisins; reconnaît la nécessité d'une action diplomatique forte permettant d'obtenir de ces pays qu'ils signent des accords de coopération ou se conforment aux accords conclus;