2. onderstreept in het bijzonder dat de EU, haar lidstaten en haar partnerlanden hun strategie ter bestrijding van het internationale terrorisme moeten baseren op de beginselen van de rechtsstaat en op de eerbiediging van de grondrechten; benadrukt bovendien dat het externe optreden van de Unie ter bestrijding van het internationale terrorisme in de eerste plaats gericht moet zijn op preventie, en onderstreept de noodzaak om de dialoog tussen verschillende culturen en godsdiensten op gang te brengen, de onderlinge verdraagzaamheid te bevorderen en begrip voor elkaar te kweken;
2. insiste, en particulier, sur la nécessité, pour l'Union européenne, ses États membres et les pays qui sont ses partenaires, de fonder leur stratégie de lutte contre le terrorisme international sur l'état de droit et le respect des droits fondamentaux; insiste, en outre, sur le fait que l'action extérieure de l'Union en matière de lutte contre le terrorisme international doit avoir comme objectif premier la prévention et met l'accent sur la nécessité de promouvoir le dialogue, la tolérance et la concorde entre les différentes cultures et religions;