Zo strekte de wet van 1 juli 1956, die aangenomen werd ter uitvoering van het Benelux-Verdrag betreffende de verplichte verzekering van de burgerlijke aansprakelijkheid in verband met motorvoertuigen, en die later vervangen werd door de wet van 21 november 1989, ertoe « aan al de slachtoffers van ongevallen, veroorzaakt door middel van motorrijtuigen, een snel en zeker herstel van de geleden schade te waarborgen » (Parl. St., Kamer, 1953-1954, nr. 379, p. 3).
C'est ainsi que la loi du 1 juillet 1956, adoptée en exécution du Traité Benelux relatif à l'assurance obligatoire de la responsabilité civile en matière de véhicules automoteurs et remplacée par la loi du 21 novembre 1989, visait à « assurer à toutes les victimes d'accidents occasionnés au moyen de véhicules automoteurs la réparation rapide et sûre du préjudice subi » (Doc. parl., Chambre, 1953-1954, n° 379, p. 3).