5. Indien een niet-begeleide minderjarige internationale bescherming wordt verleend en er nog niet begonnen is met het opsporen van gezinsleden, beginnen de lidstaten zo snel mogelijk na de verlening van de internationale bescherming de gezinsleden van de niet-begeleide minderjarige op te sporen, waarbij zij het belang van de minderjarige vooropstellen.
5. Si les mineurs non accompagnés se voient accorder une protection internationale et que la recherche des membres de la famille n'a pas encore débuté, les États membres commencent à rechercher dès que possible, après l'octroi d'une protection internationale, les membres de la famille des mineurs non accompagnés, tout en veillant à l'intérêt supérieur de ces derniers.