4. Indien de lidstaten na twee maanden geen overeenstemming hebben kunnen bereiken, wordt het geval door de niet-signalerende lidstaat voorgelegd aan de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming, die tezamen met de betrokken nationale controleautoriteiten, bedoeld in artikel 53, lid 1 bis, optreedt als bemiddelaar.
4. Si les États membres ne peuvent parvenir à un accord dans un délai de deux mois, l'État membre qui n'est pas à l'origine du signalement soumet le cas au contrôleur européen de la protection des données qui, en coopération avec les autorités de contrôle nationales concernées, conformément à l'article 53, paragraphe 1 bis, agit en tant que médiateur.