Overeenkomstig artikel 2, lid 4, van Verordening (EG) nr. 550/2004 moeten de nationale toezichthoudende instanties passende regelingen voor nauwe onderlinge samenwerking treffen, teneinde te garanderen dat adequaat toezicht wordt uitgeoefend op verleners van luchtvaartnavigatiediensten die diensten verlenen met betrekking tot het luchtruim dat onder de verantwoordelijkheid valt van een andere lidstaat dan de lidstaat die het certificaat heeft afgegeven.
En vertu de l’article 2, paragraphe 4, du règlement (CE) no 550/2004, les autorités de surveillance nationales doivent prendre les dispositions appropriées pour assurer une coopération étroite entre elles afin d'effectuer un contrôle adéquat des prestataires de services de navigation aérienne qui fournissent des services ayant trait à l’espace aérien relevant de la responsabilité d’un État membre différent de celui ayant délivré le certificat.