In zoverre luidens de artikelen 94 en 95 van het decreet van 18 mei 1999 de Vlaamse Regering, enerzijds, de gevallen vaststelt waarin de vergunningsplicht wordt vervangen
door een verplichte melding van de handelingen aan het college van burgemeester en schepenen en, anderzijds, de lijst bepaalt van de handelingen met een tijdelijk of occasioneel karakter of met een geringe ruimtelijke impact waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning is vereist, ste
llen die bepalingen noch de vestigingsvoorwaarden, noch de voorwaarden tot uitoefening
...[+++] van enig beroep vast.
En ce que, aux termes des articles 94 et 95 du décret du 18 mai 1999, le Gouvernement flamand, d'une part, fixe les cas dans lesquels l'obligation de demander un permis est remplacée par une déclaration obligatoire des actes au collège des bourgmestre et échevins et, d'autre part, établit la liste des actes ayant un caractère temporaire ou occasionnel ou n'ayant qu'un impact spatial limité pour lesquels un permis d'urbanisme n'est pas requis, ces dispositions n'établissent ni les conditions d'accès à la profession, ni les conditions d'exercice d'une profession quelconque.