De vluchtwegen en nooduitgangen alsmede de verbindingswegen en deuren die tot deze vluchtwegen en nooduitgangen toegang geven, mogen niet door voorwerpen zijn geblokkeerd, opdat zij steeds onbelemmerd kunnen worden gebruikt.
Les voies et issues de secours, de même que les voies de circulation et les portes y donnant accès, ne doivent pas être obstruées par des objets, de façon qu'elles puissent être utilisées à tout moment sans entrave.