79. drukt andermaal zijn bezorgdheid uit over de aanhoudende kinderdwangarbeid , met name in de landbouw; neemt kennis van de bezorgdheid van de IAO, van vertegenwoordigers van werknemers en werkgevers en NGO's over de voortdurende praktijk van door de overheid toegestane kinderdwangarbeid in de Oezbeekse katoenindustrie; verzoekt de Oezbeekse instanties contact op te nemen met de IAO en de IAO vrije toegang te verlenen om de katoenoogst ter plaatse in het oog te houden en doelmatig beleid te formuleren, toe te passen en te controleren om voorgoed een eind te maken aan kinderdwangarbeid; verzoekt de Europese U
nie de regering van Oezbekistan bij haar inspannin ...[+++]gen in dezen te steunen; 79. se préoccupe du recours au travail forcé des enfants, en particulier dans le domaine de l'agriculture; note la préoccupation de l'OIT, des représentants des travailleurs, des employeurs et des ONG vis-à-vis du recours continuel au travail forcé des enfants autorisé par l'État dans l'in
dustrie du coton en Ouzbékistan; invite instamment les autorités ouzbèkes à collaborer avec l'OIT et à autoriser pleinement les inspections de la récolte du coton sur le terrain et à mettre au point, à mettre en œuvre et à assurer le suivi de politiques efficaces pour éradiquer définitivement le travail forcé des enfants; appelle l'Union à soutenir l
...[+++]e gouvernement ouzbek dans ses efforts en la matière;