De richtlijn oneerlijke handelspraktijken huldigt het beginsel dat zelfregulering gerechtelijke en administratieve handhaving kan ondersteunen en verduidelijkt de rol die houders van gedragscodes voor de handhaving kunnen spelen[128].
La DPCD défend le principe selon lequel l’autorégulation peut appuyer l’action judiciaire et administrative et elle clarifie le rôle des responsables de codes de conduite dans l’application de la réglementation[128].