De ontvangende Lid-Staat kan , in geval van gegronde twijfel , van de bevoegde autoriteiten van een andere Lid-Staat een bevestiging verlangen van de echtheid van de in die Lid-Staat afgegeven , in de hoofdstukken II en III bedoelde diploma's , certificaten en andere titels , alsmede de bevestiging van het feit dat de begunstigde heeft voldaan aan alle opleidingsvoorwaarden die zijn opgenomen in Richtlijn 77/453/EEG .
L'État membre d'accueil peut, en cas de doute justifié, exiger des autorités compétentes d'un autre État membre une confirmation de l'authenticité des diplômes, certificats et autres titres délivrés dans cet autre État membre et visés aux chapitres II et III, ainsi que la confirmation du fait que le bénéficiaire a rempli toutes les conditions de formation prévues par la directive 77/453/CEE.