20. waarschuwt dat, gezien het feit dat er in de EU grote verschillen bestaan wat betreft de schaal en mate van verstedelijking, in het bijzonder in gevallen waarin een regio hoofdzakelijk een plattelandsgebied is en in geringe mate verstedelijkt is, het aandeel van de middelen dat aan stedelijke acties wordt toegewezen evenals de algemene inhoud en prioriteiten van operationele programma's moeten worden overgelaten aan de beslissingsbevoegdheid van programmaopstellers die namens de regio in kwestie optreden;
20. recommande que la part des moyens attribués aux actions urbaines, comme c'est le cas du contenu et des priorités générales des programmes opérationnels, soit laissée à la discrétion des concepteurs des programmes qui agissent au nom de la région concernée, en particulier dans les régions majoritairement rurales et faiblement urbanisées, étant donné la grande variété, à l'intérieur de l'Union, de l'ampleur et de la prédominance de l'urbanisation;