De Franse Gemeenschapsregering is van mening dat de Vlaamse gewestwetgever zijn bevoegdheden heeft overschreden door, enerzijds, te bepalen, in de artikelen 6, 7 en 8 van het decreet van 15 december 2006, dat de huurder of kandidaat-huurder van een sociale woning zijn bereidheid moet aanton
en om Nederlands te leren om toegang te verkrijgen tot een woning en die te behouden, en, anderzijds, te bepalen, in artikel 16 van hetzelfde decreet, dat de Vlaamse Regering stimulerende maatregelen kan nemen
ten aanzien van de personen voor wie ...[+++] class=yellow1>die voorwaa
rde niet geldt omdat zij reeds op het ogenblik van de inwerkingtreding van het decreet huurder waren van een sociale woning, teneinde hen in staat te stellen toch aan die
voorwaarde te voldoen.
Le Gouvernement de la Communauté française estime que le législateur régional flamand a outrepassé ses compétences, d'une part, en prévoyant, aux articles 6, 7 et 8 du décret du 15 décembre 2006, que le locataire ou le candidat-locataire d'un logement social doit prouver sa disposition à appre
ndre le néerlandais pour accéder au logement et pour le conserver et d'autre part, en disposant, à l'article 16 du même décret, que le Gouvernement flamand peut prendre des mesures stimul
antes à l'égard des personnes à qui cette condition ne s'im
...[+++]pose pas, parce qu'elles étaient déjà locataires d'un logement social au moment de l'entrée en vigueur du décret, pour leur permettre néanmoins d'y satisfaire.